quarta-feira, 20 de novembro de 2013

Klare taal

Eigenlijk is taal maar een rare manier die we gebruiken om elkaar dingen duidelijk te maken. Ik zeg “raar” omdat ik het verbazend blijf vinden dat de klanken die ik uitstoot door de mensen in mijn omgeving worden begrepen als berichten en boodschappen, terwijl iemand die een andere taal spreekt, van precies diezelfde klanken helemaal níets kan maken.

Ik kan me zo voorstellen dat het ooit allemaal begon met de primitieve mensen die wat klanken van goedkeuring danwel afkeuring (die bestaan nog steeds, en hóe) naar elkaar gromden en verrast waren dat die ander daar een juiste conclusie aan kon verbinden. En dat dat zo heel langzaamaan doorging met meer en andere klanken, die herhaald werden en steeds verder uitbreidden.

Ontwikkeling
Wetenschappers zeggen dat we als we geboren worden uitsluitend in beelden denken (non-verbale begripsvorming). Naarmate we ouder worden groeit onze woordenschat en schakelen we langzaam over op hoofdzakelijk verbale begripsvorming, oftewel het denken in woorden. Op dit moment van onze ontwikkeling beschikt een doorsnee Europese (volwassen) taalgebruiker over een actief vocabulaire van 10.000 woorden, maar men gaat er van uit dat je met 3000 woorden basaal kunt communiceren.

Het aantal woorden dat je per dag hoort loopt waarschijnlijk al snel in de tienduizenden. Het aantal dat je bewust waarneemt is daar dan maar weer een deel van en die waar je bewust naar lúistert en waar je wellicht op zult reageren (in de vorm van een antwoord of een handeling) is uiteraard nog weer veel minder. Daar zit natuurlijk een groot verschil tussen een kinderbrein en een volwassen brein, dat alle “niet ter zake doende” informatie razendsnel filtert en als onbelangrijk afdoet. Denk maar aan een kind dat iets nazegt dat net op de televisie werd verteld, wat jij zelf al had “weg-gefilterd”.

Ieder woord telt
Er zijn situaties waarbij ieder woord telt. Heel letterlijk geldt dat natuurlijk voor mijn beroep, waarbij ik mijn facturen (onder meer) baseer op het aantal te vertalen woorden of zinnen. Ook bij een openbare toespraak zal het aantal woorden van belang zijn, ook in relatie tot de tijd die de spreker nodig heeft om dat aantal uit te spreken – en dan liefst zo dat de luisteraars bewust kunnen en zullen luisteren. 

Wel of niet verlengd?
Ik moest vertalingen maken van allerlei documenten in een enorme rechtzaak van een groot sportmerk tegen een voetbalspeler, die zich naar mening van de sponsor niet had gehouden aan de bepalingen van de overeenkomst.
De overeenkomst was in twee talen opgesteld en ondertekend en bevatte een bepaling omtrent de (stilzwijgende) verlenging. En daarin was nu juist een onduidelijke zin opgenomen, die ook in de door de voetballer ondertekende vertaling van de overeenkomst ambivalent was.
De discussie tussen de partijen ging alle kanten op; ten eerste was er geen consensus over welke taal voorrang had bij de interpretatie van het stuk (partijen spraken uitsluitend hun eigen taal en hadden hun stukken in die taal opgesteld en ondertekend) en ten tweede was er dus die zin. Beide advocaten hanteerden een interpretatie die lijnrecht op die van de ander stond. Er stond dan ook nogal wat op het spel – ik verbleekte bij de bedragen die er werden genoemd! Als vertaler liep ik natuurlijk ook spitsroeden en ik dekte steeds alles in door, waar dat van belang was, de oorspronkelijke zinnen te citeren en er een zo letterlijk mogelijke vertaling van te maken. Een van de advocaten belde me zelfs op om mijn mening te vragen over de vertaling van de overeenkomst die de voetballer had ondertekend.

Over het (on)duidelijk taalgebruik van juristen valt overigens veel op te merken. Wellicht zal ik het daar nog wel eens vaker over hebben. Ik draag initiatieven die helder taalgebruik propageren in ieder geval een warm hart toe!